Onderwijs

Aanspreekpunt bestuurlijk

Aanspreekpunt Ambtelijk

Wethouder Bruggink

K. Webbink, E. van Spall, T. Lantink

Welke belangrijke ontwikkelingen zien we voor 2025?

Wet passend onderwijs
In 2025 worden er significante ontwikkelingen doorgevoerd binnen de Wet passend onderwijs. De wetswijziging is gericht op het creëren van een onderwijssysteem waarin ieder kind de mogelijkheid krijgt om zich optimaal te ontwikkelen, ongeacht de uitdagingen die het kan tegenkomen. De focus ligt op inclusiviteit, maatwerk en samenwerking tussen betrokken partijen.

Inclusief onderwijs
Inclusie vormt een centraal onderdeel van onze visie op onderwijs en maatschappelijke participatie. Wij streven met de Lokaal educatieve agenda (LEA) naar een omgeving waarin alle kinderen, ongeacht hun achtergrond, mogelijkheden of beperkingen, gelijke kansen krijgen om te leren, te groeien en te bloeien. Daarom zetten wij in op toegankelijke onderwijs- en zorgfaciliteiten en adequate ondersteuning en begeleiding voor kinderen met een specifieke onderwijsbehoefte. Ook zetten wij in op het versterken van de samenwerking tussen scholen, ouders, zorginstellingen en andere relevante partners.
Vanuit het Integraal huisvestingsplan (IHP) onderwijs zetten wij daarom eveneens in op het realiseren van integrale, multifunctionele schoolgebouwen die tegemoet komen aan onze ambitie op het terrein van inclusie.

Voortijdig schoolverlaters
De Twentse Belofte 2020-2024 is met een jaar verlengd en ook in 2025 nog van toepassing. Het is een regionale aanpak van de 14 Twentse gemeenten in samenwerking met onderwijsinstellingen voor de aanpak van voortijdig schoolverlaters en jongeren die wat extra ondersteuning nodig hebben. Reden van de verlenging is de inwerkingtreding medio 2025 van het wetsvoorstel ‘Van school naar duurzaam werk’. Het doel van dit wetsvoorstel is om jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt de juiste begeleiding en ondersteuning te geven richting economische zelfstandigheid. In 2025 schrijven wij de nieuwe Twentse Belofte voor de komende jaren waarin de gevolgen van de wetswijziging worden meegenomen.

Verbonden partijen

In dit programma werken we niet samen met verbonden partijen.

Wat willen we bereiken?

4.1 Kinderen en jongeren in Hengelo krijgen ook door kwalitatief goed onderwijs gelijke kansen in de maatschappij

4.1.1 Minder kinderen en jongeren in Hengelo hebben een onderwijsachterstand

Beleidsindicatoren

Peilwaarde

Jaarstukken

Streefwaarden begroting:

(jaar):

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Percentage leerlingen van 2,5 tot 13 jaar in Hengelo met het hoogste risico op onderwijsachterstanden (%)1

15% (2021)
15% (2022)

15%

14%

14%

14%

14%

14%

Percentage peuters uit de doelgroep dat gebruik maakt van voorschoolse educatie (=bereik) (%)2

3

72%4

80%

78%

79%

80%

81%

  1. Het hoogste risico op onderwijsachterstanden wordt bepaald op basis van het opleidingsniveau van zowel de moeder als de vader, het land van herkomst van de ouders, of ouders in de schuldsanering zitten, de verblijfsduur van de moeder in Nederland en het gemiddelde opleidingsniveau van moeders van leerlingen op school.
  2. De doelgroep zijn peuters met risico op onderwijsachterstand volgens definitie van de gemeente.
  3. Geen eerdere peilwaarde in verband met nieuwe monitor per 2023.
  4. In 2023 is voor het eerst de nieuwe monitor voor- en vroegschoolse educatie (VVE-monitor) ingezet. Uit de nieuwe monitor komt naar voren dat wij een bereik hebben van 72% (tegen een landelijk gemiddeld bereik voor VVE van 70%). Dit percentage betreft het aantal peuters uit de doelgroep dat daadwerkelijk gebruik heeft gemaakt van het VVE aanbod. 8% van de peuters die een VVE verwijzing hebben gekregen staan nog op de 'wachtlijst'. Ze zitten nog niet in de VVE omdat ouders nog een overeenkomst moeten tekenen, nog moeten doorgeven of ze VVE willen ontvangen of omdat ouders na verwijzing nog niet bereikt zijn door de aanbieder.

4.1.2 Meer jongeren behalen een startkwalificatie

Beleidsindicatoren

Peilwaarde

Jaarstukken

Streefwaarden begroting:

(jaar):

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Percentage jongeren (16 t/m 22 jaar) dat de school verlaat voordat een startkwalificatie is behaald (%)1

1,7% (2020)
1,9% (2021)

2,3% (2022)

1,9%

1,9%

1,9%

1,9%

1,9%

  1. Startkwalificatie: Een leerling beschikt over een startkwalificatie met een havo- of vwo-diploma of met een mbo-2 diploma. Een vmbo-diploma of een mbo-1 diploma volstaat niet als startkwalificatie. Een in Nederland gangbare leeftijdsgrens is 23 jaar bij schoolverlaten. Dat wil zeggen dat personen die bij schoolverlaten 23 jaar of ouder zijn en niet beschikken over een startkwalificatie niet tot de voortijdig schoolverlaters worden gerekend.

4.2 Schoolgebouwen in Hengelo worden optimaal gebruikt

4.2.1 Schoolgebouwen passen beter bij de leerlingenaantallen

Beleidsindicatoren

Peilwaarde

Jaarstukken

Streefwaarden begroting:

(jaar):

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Bezettingsgraad (%): benodigde aantal m2 gebaseerd op leerlingaantallen op basis van de verordening/beschikbare aantal m2 schoolgebouw

73% (2022)
83% (2023)

76%1

75%

83%2

83%

83%

83%

  1. In 2023 heeft Symbio de Kuyperschool (aan het Kuyperplein) gesloten en de leerlingen opgevangen in IKC De Hunenborg. Daardoor is de gemiddelde bezettingsgraad van de schoolgebouwen iets gestegen (naar 76%).
  2. Bij het vaststellen van het IHP is het ruimtegebruik opnieuw berekend. Hieruit blijkt dat de bezettingsgraad 83% is.

4.2.2 Schoolgebouwen in Hengelo worden multifunctioneler gebruikt, zoals voor kinderopvang (integrale kindcentra)

Beleidsindicatoren

Peilwaarde

Jaarstukken

Streefwaarden begroting:

(jaar):

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Percentage schoolgebouwen voor het basisonderwijs in Hengelo dat een integraal kindcentrum bevat (%)

34%(2021)
35%(2022)

35%

35%

35%

35%

35%

35%

Wat gaan we daarvoor anders doen in 2025?

4.1 Kinderen en jongeren in Hengelo krijgen ook door kwalitatief goed onderwijs gelijke kansen in de maatschappij

4.1.1 Minder kinderen en jongeren in Hengelo hebben een onderwijsachterstand

  • Wij zetten in 2025 vanuit de Lokale educatieve agenda (LEA) in op het vergroten van onderwijskansen. Dat doen we door de basisvaardigheden te versterken en een breed ontwikkelingsperspectief te bieden, waarbij we zo vroeg mogelijk signaleren. Ook zetten wij in op integraal en inclusiever onderwijs en kinderopvang (zie belangrijke ontwikkelingen hierboven) én op doorgaande educatieve leerlijnen en ondersteuningslijnen, waardoor de overgang van kinderen en jongeren van de ene naar de andere school/ organisatie makkelijker wordt.

  • Wij zoeken hierbij de verbinding met andere beleidsterreinen zoals armoede en gezondheidsbeleid. Wij investeren bijvoorbeeld in deskundigheidsbevordering ten aanzien van armoedesignalering bij leerkrachten en pedagogisch medewerkers. Wij ondersteunen kinderen en jongeren bij het leren door de inzet van mentoren of huiswerkbegeleiding.

  • Wij brengen in kaart hoe verschillende groepen kinderen in het onderwijs met elkaar omgaan en maken hierop een analyse. We onderzoeken in hoeverre kinderen van diverse achtergronden elkaar ontmoeten en van elkaar leren.

4.1.2 Meer jongeren behalen een startkwalificatie

  • Met de wetswijziging ‘van school naar werk’ (ingangsdatum medio 2025) wordt de doelgroep van RMC uitgebreid en de leeftijdsgrens opgetrokken van 23 jaar naar 27 jaar. Vanuit de Twentse Belofte werken wij aan een regionale aanpak hierop. Dit doen wij samen met het Middelbaar Beroepsonderwijs, Voortgezet speciaal onderwijs en Praktijkscholen.

4.2 Schoolgebouwen in Hengelo worden optimaal gebruikt

4.2.1 De schoolgebouwen passen beter bij de leerlingenaantallen

  • Voor het Integraal huisvestingsplan onderwijs (IHP) staat 2025 in het teken van de overgang van plan naar uitvoering. Dit is onderdeel van het meerjarenplan van het IHP. Wij maken per businesscae inzichtelijk welke huisvestingsmaatregelen op welk moment nodig zijn, vanuit vastgestelde kaders voor financiën, kwaliteit, duurzaamheid en functionaliteit.
    Bij de uitgewerkte businesscases voor onderwijshuisvesting worden incidentele kosten gedekt uit de algemene reserve. Bijvoorbeeld door de tijdelijke huisvestings- en sloopkosten uit de investeringskredieten onderwijshuisvesting te halen. Deze incidentele lasten worden ten laste van de algemene reserve gebracht. Hierdoor wordt niet gekort op het vastgestelde budget voor het IHP onderwijs (motie M23 Zomernota 2024-2028).
    Wij zetten in op goede schoolgebouwen die voldoende ruimte bieden aan ons huidige aantal Hengelose leerlingen, maar die ook aan te passen zijn aan een stijgend aantal leerlingen vanuit onze ambitie om als stad te groeien.

  • In het IHP is een uitvoeringsplan opgenomen voor de komende zes jaar (tot 2030). Het uitvoeringsprogramma beschrijft de huisvestingsmaatregelen voor de scholen die als eerste aangepakt worden. Die keuze van scholen volgt uit de roadmap die de schoolbesturen gezamenlijk hebben opgesteld.

4.2.2 Schoolgebouwen in Hengelo worden multifunctioneler gebruikt, zoals voor kinderopvang (integrale kindcentra)

  • In het IHP en in de daaruit voortkomende uitvoeringsplannen, zetten wij in op een efficiënt gebruik van schoolgebouwen. Zowel in de inpandige samenwerking met kernpartners als bijvoorbeeld kinderopvang, maar ook in de verbinding met de wijk (op het gebied van onder andere zorg en welzijn). De functie van de school in de wijk gaan wij nadrukkelijker versterken, afhankelijk van de specifieke behoeften in de wijk, inzetten voor en ten gunste van alle inwoners van die betreffende wijk.

Wat blijven we doen?

  • De gemeente Hengelo voert de wettelijke taken uit rond het openbaar onderwijs, zowel bestuurlijk als financieel. Hiervoor sturen de stichtingen jaarlijks hun begroting en jaarrekening ter kennisname naar de gemeenteraad. Daarnaast wordt er tweejaarlijks een bijeenkomst georganiseerd tussen de directeur-bestuurder en raad van toezicht van beide stichtingen met de gemeenteraad.

  • Wij blijven samen met partners uitvoering geven aan de actielijnen uit de nieuwe Lokale educatieve agenda 2024-2027.

  • Wij continueren de passende Buitenschoolse opvang voor schoolgaande kinderen tot 13 jaar (BSO+). Wij zetten het in als doordeweeks alternatief voor groepsbegeleiding. In 2025 hebben wij aandacht voor de samenwerking met de basisondersteuning.

  • Wij zetten de Jeugdhulpteams (JHT) op school voort tot en met juli 2025 en ontwikkelen het samen verder met het onderwijs en de jeugdhulppartners. Zie 5.2.6 (sociaal domein).

  • Wij werken in het basisonderwijs verder met het preventieteam jeugd, om zo licht en nabij mogelijk ondersteuning te bieden. De Schoolzorgondersteuners (SZO) maken daarvan een integraal onderdeel uit. Zie 5.2.6 (sociaal domein).

  • Wij blijven ons inzetten om onderwijsachterstanden te voorkomen en te bestrijden in de voorschoolse periode en het primair onderwijs. Wij doen dit door in te zetten op voldoende en kwalitatief goede plekken voor voor- en vroegschoolse educatie (VVE) en zorgen voor een goed bereik van de voorschool.

  • Wij doen mee met het project ‘Basisvaardigheden preventie en onderwijs' en zetten daarbij in op een kansrijke startpositie voor alle leerlingen bij de start van groep drie en op doorlopende intensieve samenwerking met (aankomende) ouders.

  • Wij bieden leerlingen in de basisschoolleeftijd (taal)ondersteuning op maat.

  • In samenwerking met het onderwijs en het Expertisecentrum Jonge Kind ontwikkelen wij de zorgstructuur in het onderwijs door, in samenwerking met de aanbieder van de basisondersteuning.

  • Wij blijven ons inzetten op het bestrijden en voorkomen van verzuim bij jongeren en maken hierbij de omslag naar schoolaanwezigheid. Samen met het onderwijs, zorg en arbeid geven wij uitvoering aan de 'Nieuwe Twentse Belofte'. Dit is een regionaal programma met maatregelen ter voorkoming en bestrijding van voortijdig schoolverlaten van jongeren tussen de 12 en -straks- 27.

  • Integrale vervoersondersteuning staat voorop, zo ook binnen het leerlingenvervoer. Met waar mogelijk aandacht voor het zelfstandig reizen naar school, bijvoorbeeld met behulp van een reismaatje.

  • Wij zetten ons in voor de ontwikkeling van volwassenen door het coördineren en organiseren van activiteiten om taal- en rekenvaardigheden voor volwassenen te bevorderen.

  • Wij blijven inzetten op leren lezen en schrijven en het tegengaan van lage basisvaardigheden onder verschillende doelgroepen. Wij pakken samen met partners laaggeletterdheid aan.

  • Wij werken, in samenspraak met het onderwijsveld, aan een evenwichtige spreiding en optimaal benutten van schoolgebouwen, zoals opgenomen in het IHP Onderwijs (eerste tranche van uitvoering voor de periode tot 2030).

  • Om bewegingsonderwijs te ondersteunen stellen wij voldoende en functionele gymnastieklokalen voor het onderwijs beschikbaar.

Wat mag het kosten?

Taakveld

Saldo rekening 2023

Saldo begroting 2024

Lasten begroting 2025

Baten begroting 2025

Saldo begroting 2025

Verschil 2025 - 2024

4.1 Openbaar basisonderwijs

-0

2

-

-

-

-2

4.2 Onderwijshuisvesting

-5.663

-5.561

6.534

816

-5.719

-157

4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken

-2.061

-2.401

7.143

4.242

-2.901

-499

Totaal 4 Onderwijs

-7.724

-7.961

13.678

5.058

-8.619

-659

Taakveld

Saldo begroting 2025

Saldo begroting 2026

Saldo begroting 2027

Saldo begroting 2028

4.1 Openbaar basisonderwijs

-

-

-

-

4.2 Onderwijshuisvesting

-5.719

-5.803

-6.244

-6.685

4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken

-2.901

-3.436

-3.600

-3.600

Totaal 4 Onderwijs

-8.619

-9.239

-9.844

-10.285

Financiële toelichting

4.2 Onderwijshuisvesting (€ 157.000 nadeel)
In de Zomernota 2023-2027 hebben wij investeringsruimte vrij gemaakt voor het IHP. De verwachte investeringen worden grotendeels gedaan in de jaren 2025 tot en met 2029. De kapitaallasten kennen hiermee een opgaande lijn.
In 2024 is de compensatie voor de meerprijs van gaslasten beëindigd. Dit leidt tot een incidenteel nadeel van € 91.000 voor de gymnastieklokalen (24-FP-9.5). Daarnaast zijn de energielasten voor sport structureel herverdeeld. Hierdoor zijn de verwachte kosten op gymnastieklokalen lager € 275.000 (24-FP-5.4).
Het resterende verschil wordt voornamelijk veroorzaakt door prijsindexatie en toerekening van uren.

4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken (€ 499.000 nadeel)
Wij hebben incidentele meerjarige middelen ontvangen voor onderwijsvertraging als gevolg van corona. Deze regeling loopt tot en met 2025, de middelen worden ingezet voor de financiering van een deel van het Jeugdhulpteam. De hoogte van deze middelen fluctueert per jaar en dit leidt tot een nadelig verschil van € 174.000.
De rijksmiddelen achterstandenbeleid worden jaarlijks bijgesteld en mogen over een termijn van 4 jaren besteed worden (periode 2023 - 2026). Ervan uitgaande dat de bijdrage over 2024 meerjarig doorgetrokken kan worden, krijgen wij tot en met 2025 voldoende middelen om de bijbehorende lasten te kunnen dekken. Wij hebben daarom in de Zomernota 2024-2028 voorgesteld om tot en met 2025 onze eigen middelen vrij te laten vallen en voor 2026 deels. Bij een gelijk blijvende bijdrage zullen wij vanaf 2026 wel een gedeelte van onze eigen beschikbare middelen moeten inzetten. Dit leidt tot een meerjarig oplopend negatief saldo in onze begroting.
Het resterende verschil wordt voornamelijk veroorzaakt door prijsindexatie en toerekening van uren.

Risico's

Afhankelijkheid externe partijen
Op het gebied van onderwijs zijn wij in grote mate afhankelijk van externe partijen. De gemeente gaat niet over de inzet van leraren en pedagogisch medewerkers dat zijn onderwijsstichtingen en kinderopvangorganisaties wel. Maar wij zijn wel verantwoordelijk voor het bieden van voldoende en kwalitatief goede voor- en vroegschoolse educatie plekken. Het tekort aan leraren is niet een trend waar wij direct invloed op hebben. Wij kunnen onderwijsstichtingen en kinderopvangorganisaties helpen door het creëren van goede randvoorwaarden.

Ook zijn wij afhankelijk van het Rijk. De onzekerheid over inkomsten voor extra aandacht en zorg voor leerlingen maakt het lastig om afspraken te maken en te investeren. De initiatieven voor gratis kinderopvang hebben ook impact in Hengelo, maar door de grote onzekerheid is het moeilijk hierop te anticiperen. Het kan zijn dat wij te maken krijgen met extra kosten.

Kans op segregatie
Wij willen alle kinderen gelijke kansen bieden. Wij zien dat inwoners bereid zijn om buiten hun woonwijk kinderen naar school van hun voorkeur te brengen. Dit kan lijden tot segregatie.

Multifunctioneel gebruik gebouwen
Om schoolgebouwen zo optimaal mogelijk te gebruiken wordt, naast de functie als Integraal Kind Centrum (IKC) al snel gedacht aan inzet voor verschillende doelgroepen en functies. Daarvoor is het nodig dat gebouwen goed toegankelijk zijn. Belangrijk is aandacht te houden voor de veiligheid van de kinderen. Daarnaast kan er sprake zijn van ‘concurrentie’ met ander maatschappelijk vastgoed zoals wijkcentra en verenigingen. Of het wegvallen van voorzieningen indien schoolgebouwen gesloten moeten worden.

Integraal huisvestingsplan onderwijs
Heel actueel is het integraal huisvestingsplan voor onderwijs waarin de gemeente investeert in adequate huisvesting voor Hengelose leerlingen in het primair, voortgezet en speciaal (basis) onderwijs. Aan dit plan zitten risico’s op het gebied van financiën, ambitie in kwaliteit en tempo en omvang van de te treffen maatregelen. Er is een inschatting gemaakt van de investeringen vanuit het IHP voor de jaren tot 2030. Wij kijken goed naar de timing en gewenste en noodzakelijke maatregelen per school. Op dit moment schatten wij in dat de beschikbare middelen vanuit de Zomernota 2023-2027 passend zijn voor de jaren tot 2030. Dit mede door te kijken naar de uitvoeringskracht die met de uitvoering gemoeid gaat. Het moderniseren of vervanging van gebouwen kan wel extra (onvoorziene) kosten met zich meebrengen. De benodigde middelen worden periodiek herijkt en meegenomen in de P en C-cyclus.

Stel uw jaarverslag zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd