Overzicht op hoofdlijnen van diverse heffingen
De gemeentelijke belastingen en retributies die in 2026 in Hengelo worden geheven zijn:
Ongebonden belastingen | Gebonden belastingen |
Onroerendezaakbelasting | Afvalstoffenheffing |
Parkeerbelasting | Rioolheffing |
Precariobelasting | Begraafrechten |
Toeristenbelasting | Havengelden |
Bijdrage Bedrijven Investering Zone | |
Marktgelden | |
Rioolaansluitrecht | |
Naheffingsaanslagen parkeren | |
Overige leges |
Ongebonden belastingen
Onroerende-zaakbelastingen
Artikel 220 van de Gemeentewet geeft aan dat een gemeente onroerendezaakbelasting (OZB) kan heffen. De OZB is een algemene belasting. Er is geen relatie tussen de heffing en bepaalde taken van de gemeente, en de opbrengst is onderdeel van de algemene middelen. De OZB is een tijdstipbelasting. Dit betekent dat de situatie op een bepaald tijdstip, de peildatum, bepalend is voor de belastingplicht. Veranderingen in de loop van het jaar, bijvoorbeeld de verkoop van een huis, leiden pas op de eerstvolgende peildatum tot een wijziging in de aanslag. Belastingplichtig zijn eigenaren van woningen, eigenaren van niet-woningen en gebruikers van niet-woningen. Iemand die zowel eigenaar als gebruiker is van een niet-woning, betaalt beide belastingdelen. Voorbeelden van niet-woningen zijn bedrijfspanden en buurtcentra.
De grondslag voor de berekening van de OZB in 2026 is de WOZ-waarde van de onroerende zaak per 1 januari 2025. De WOZ-waarde wordt jaarlijks opnieuw bepaald. Het tarief van de OZB wordt uitgedrukt in een percentage van de WOZ-waarde. Er wordt een tarief voor eigenaren van woningen vastgesteld en tarieven voor eigenaren en gebruikers van niet-woningen. De hoogte van het tarief leidt tot de opbrengst die in de begroting is vastgesteld. De werkwijze voor de tariefsbepaling is als volgt. Eerst wordt de beoogde opbrengst van de OZB voor woningen vastgesteld. Vervolgens wordt op basis van de totale WOZ-waarde van alle woningen het OZB-tarief berekend. Dan volgt eenzelfde berekening voor de niet-woningen. De ontwikkeling van het OZB-tarief is dus, naast de ontwikkeling van de OZB-opbrengst, afhankelijk van de prijzen van de onroerende zaken op de peildatum. Als dit prijspeil is gestegen leidt dit tot een lager OZB-tarief. Andersom leidt een daling van de waarde van vastgoed tot een hoger tarief.
Bij de begrote opbrengst OZB is voor 2026 een inflatiecorrectie toegepast van 4%. Het tarief stijgt met dit percentage. De tariefstijging kan iets meer zijn als gevolg van hogere direct met de heffing verbonden lasten van GBTwente. In het tarief is een bedrag van € 190.000 opgenomen als vergoeding van de extra proceskosten. De totale opbrengst kan ook stijgen door toename van het aantal belastbare woningen en niet-woningen in de gemeente, de zogenaamde areaaluitbreiding.
Parkeerbelastingen
Artikel 225 van de Gemeentewet geeft aan dat gemeenten parkeerbelastingen mogen heffen, om het parkeren en het verkeer in de stad goed te organiseren. Er zijn twee zogenaamde ‘parkeerbelastingen’ :
de belasting voor een bepaalde parkeerplaats voor een bepaalde periode, waarvoor parkeerautomaten zijn geplaatst;
de belasting voor een parkeervergunning.
Met behulp van parkeerbelastingen kunnen gemeenten op een juiste en financieel verantwoorde wijze het parkeerbeleid organiseren. De opbrengst van het parkeren komt in de algemene middelen.
Naast parkeerbelastingen kennen we de naheffingsaanslagen parkeerbelasting. Deze behoren tot de gebonden belastingen en worden daar toegelicht.
Precariobelasting
Artikel 228 van de Gemeentewet geeft aan dat precariobelasting kan worden opgelegd. Precariobelasting moet worden betaald door inwoners of bedrijven die voorwerpen onder, op of boven gemeentegrond hebben. Voorbeelden zijn: terrassen op openbaar terrein, uithangborden boven openbaar terrein en bouwmaterialen die op openbaar terrein geplaatst zijn.
Toeristenbelasting
Artikel 224 van de Gemeentewet geeft aan dat gemeenten toeristenbelasting kunnen heffen voor overnachtingen door mensen die géén inwoner van de gemeente zijn. Het gaat hierbij vaak om toeristen of werknemers die in hotels en op campings verblijven. Het hotel of de camping moet de toeristenbelasting betalen. Het hotel of de camping mag de belasting in rekening brengen aan de overnachter. Het doel van toeristenbelasting is, dat mensen die gebruik maken van de voorzieningen in de stad, maar geen inwoner zijn, mee betalen aan de voorzieningen in de gemeente.
Afschaffing hondenbelasting
Op grond van artikel 226 van de Gemeentewet kan van de houder van een hond hondenbelasting worden geheven. Hengelo heeft dit tot en met 2025 gedaan. In 2024 is besloten tot een geleidelijke afschaffing in 4 jaren, 2025 t/m 2028. Nu wordt deze belasting in 2026 geheel afgeschaft. De afschaffing was opgenomen in de Zomernota 2025-2029, die door de gemeenteraad is aangenomen.
Gebonden belastingen
Mate van kostendekking van de gebonden belastingen
Per heffing wordt in onderstaande overzichten de mate van kostendekking weergegeven. De kostendekking volgens de begroting mag ten hoogste 100% bedragen. Deze dekking geldt per heffingssoort als het gaat om de collectieve diensten zoals afval en riolering. In de legesverordening worden zeer veel tarieven bepaald. Hier geldt dat kostendekkendheid niet per heffing, maar per hoofdstuk in de verordening bepaald mag worden. Een afzonderlijke heffing mag meer of minder kostendekkend zijn dan 100%, als dit gecompenseerd wordt met andere heffingen in de groep van soortelijke heffingen.
Overhead en compensabele BTW mogen worden toegerekend als lasten.
Afvalstoffenheffing
De wettelijke basis voor het heffen van afvalstoffenheffing is hoofdstuk 10 van de Wet Milieubeheer. Deze wet blijft voor het onderdeel afvalstoffen van kracht naast de Omgevingswet. Op basis van de wet heeft de gemeente de wettelijke taak om afvalstoffen van particuliere huishoudens in te zamelen. De inzameling en verwerking gebeurt in samenwerking met verbonden partijen. Zo is de inzameling opgedragen aan Twente Milieu, en de afvalverwerking aan Twence. De kosten van de inzameling en verwerking worden betaald uit de afvalstoffenheffing. De afvalbegroting is (nagenoeg) kostendekkend; er wordt geen winst beoogd.
De kosten bestaan vooral uit het daadwerkelijk inzamelen en verwerken van het huishoudelijke afval. Ook het scheiden van afval en het recyclen ervan valt hieronder. Tot de dekkingsmiddelen behoren ook elementen die in hun aard algemene dekkingsmiddelen kunnen zijn, maar die we wel aan afval toerekenen. Dit zijn b.v. een deel van het dividend van Twence en de baten die we ontvangen uit het invorderingsproces aanslagen lokale heffingen door GBTwente.
Huishoudens betalen jaarlijks een vast bedrag afvalstoffenheffing, ook als zij geen afval voor inzameling aanbieden. De heffing wordt opgelegd aan de gebruiker van een perceel waar de gemeente de inzamelverplichting nakomt. De gebruiker betaalt daarnaast variabele bedragen voor het daadwerkelijk aanbieden van afval. De tarieven zijn per afvalsoort en lediging bepaald. Het te betalen bedrag hangt af van de soort aangeboden afval en het aantal aanbiedingen.
Tarieven 2026
Voor een sluitende afvalbegroting is in 2026 € 10,1 miljoen aan opbrengsten afvalstoffenheffing noodzakelijk. Bruto heffen we € 10,2 miljoen, omdat we rekening houden met € 100.000 oninbare vorderingen. Het vaste tarief wordt verhoogd van € 197,28 in 2025 naar € 210,00 in 2026.
Dit betekent een stijging van het vaste tarief van € 12,72. Bij een gemiddeld huishouden met een aanbiedgedrag van 9 keer de groene container (140L), 23 aanbiedingen op de ondergrondse container en het vastrecht leidt dit tot een woonlast van (€ 10,80 + € 32,89 + € 210) € 253,69.
Afvalstoffenheffing | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
7.3 | Afval | 10.886 | 225 | 1.558 | 12.669 | 10.130 | 3.039 | 13.169 |
6.3 | Inkomensregelingen | - | -500 | -500 | ||||
Totaal | 10.886 | 225 | 1.558 | 12.669 | 9.630 | 3.039 | 12.669 | |
% Kostendekking | 100,0% |
Rioolheffing
De wettelijke basis voor het heffen van rioolheffing ligt in artikel 228a van de Gemeentewet. In de rioolheffing worden kosten doorgerekend die verbonden zijn aan het in stand houden van het gemeentelijk rioleringsstelsel, grondwater en waterlopen. De rioolheffing is een bestemmingsheffing (de bestemming is bekostiging van riool- en watertaken). Er staan geen individuele prestaties, maar prestaties van de gemeente voor alle inwoners tegenover. De kosten die hiervoor worden gemaakt, worden met de rioolheffing verhaald op de gebruikers van woningen en niet-woningen. De gemeente Hengelo hanteert één rioolheffing voor alle watertaken met een tarief tot 500m3 waterverbruik en een tarief boven de 500m3.
Inwoners betalen voor het lozen van water in het rioolsysteem. Alle kosten van instandhouding van het rioleringssysteem en de watertaken worden, na aftrek van overige baten, door de inwoners betaald.
Het Programma Water en Riolering 2023-2027 (PWR) is in oktober 2023 vastgesteld. De gekozen variant ging uit van een stijging van het tarief van de rioolheffingen voor 2025 en 2026 met 1% voor noodzakelijke intensivering van activiteiten in waterbeheer en riolering. Daarnaast wordt 4% inflatie doorgerekend, waardoor het tarief 2026 in totaal met 5% stijgt.
Rioolheffing | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
7.2 | Riolering | 10.239 | 273 | 1.390 | 11.902 | 12.596 | 87 | 12.683 |
6.3 | Inkomensregelingen | - | -781 | -781 | ||||
Totaal | 10.239 | 273 | 1.390 | 11.902 | 11.815 | 87 | 11.902 | |
% Kostendekking | 100,0% |
Begraafrechten
Op grond van artikel 229 van de Gemeentewet wordt een vergoeding geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen. De heffing wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven zoals die in de Verordening begraafrechten zijn opgenomen. De tarieven worden jaarlijks verhoogd met de inflatiecorrectie.
Begraafrechten | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
7.5 | Begraafplaatsen en crematoria | 1.051 | 71 | 1.122 | 651 | 6 | 657 | |
6.3 | Inkomensregelingen | - | -3 | -3 | ||||
Totaal | 1.051 | 71 | - | 1.122 | 648 | 6 | 654 | |
% Kostendekking | 58,3% |
Havengeld
Onder de naam havengeld wordt op grond van artikel 229 Gemeentewet een recht geheven. De gebruiker betaalt voor het gebruik van de haven en voor de diensten die daarmee worden verleend. In 2021 is de maatstaf voor heffing omgezet van laadvolume/m3 waterverplaatsing naar aantallen containers en gewicht voor bulkgoederen. Vanaf het begin zijn er veel bezwaren geuit tegen deze wijziging. De gezamenlijke Twentse havens hebben in 2025 besloten weer terug te gaan naar laadvolume als maatstaf van heffing.
Haven | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2.4 | Economische havens en waterwegen | 768 | 225 | 993 | 479 | 254 | 733 | |
Totaal | 768 | 225 | - | 993 | 479 | 254 | 733 | |
% Kostendekking | 73,8% |
Bijdrage Bedrijven Investering Zones (BIZ)
De Wet Bedrijven investeringszones geeft aan dat een bijdrage Bedrijven Investering Zones kan worden opgelegd. Met deze bijdrage kunnen bedrijven in een bepaald gebied binnen de gemeente worden verplicht om voor een periode van maximaal vijf jaar een financiële bijdrage te leveren. Deze bijdrage wordt gebruikt om investeringen te betalen op het gebied van bijvoorbeeld leefbaarheid, veiligheid, of ruimtelijke kwaliteit. Bij de uitvoering wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de Wet WOZ en de OZB. De doelgroep bestaat uit gebruikers van niet-woningen in het centrum van Hengelo. De huidige BIZ-periode is gestart in 2021 en loopt 5 jaren.
Bi-zone | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
3.3 | Bedrijven investerings zone | 298 | 298 | 282 | 282 | |||
Totaal | 298 | - | - | 298 | 282 | - | 282 | |
% Kostendekking | 94,6% |
Marktgelden
Op grond van artikel 229 van de Gemeentewet kan de gemeente een recht heffen voor het ter beschikking stellen van een standplaats op de markt. Belastingplichtig is degene aan wie de standplaats beschikbaar is gesteld.
Markt | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
3.3 | Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen | 237 | 73 | 10 | 320 | 146 | 45 | 191 |
Totaal | 237 | 73 | 10 | 320 | 146 | 45 | 191 | |
% Kostendekking | 59,7% |
Naheffingsaanslagen parkeren
De Gemeentewet geeft in artikel 234, lid 3 en 4, richtlijnen omtrent het opleggen van een naheffingsaanslag. Hier kunnen zowel de parkeerbelasting voor één uur, als kosten in rekening gebracht worden. Daarmee heeft de naheffingsaanslag een belastingkenmerk en een gebonden heffingskenmerk, namelijk de vergoeding van gemaakte kosten. We nemen daarom de naheffingsaanslag op als gebonden heffing. Deze gemaakte kosten moeten op de naheffingsaanslag vermeld worden.
Naheffingsaanslagen parkeren | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1.2 | Openbare orde en veiligheid | 267 | 134 | 401 | - | |||
0.63 | Parkeerheffingen | 128 | 128 | 269 | 22 | 291 | ||
Totaal | 395 | 134 | - | 529 | 269 | 22 | 291 | |
% Kostendekking | 55,0% |
Rioolaansluitrecht
Op grond van artikel 229 van de Gemeentewet kan de gemeente een rioolaansluitrecht heffen. Hiermee worden kosten doorberekend die verbonden zijn aan het maken van een verbinding tussen het hoofdriool en een nog niet aangesloten perceel. Omdat de aansluiting een individueel toerekenbare prestatie is, is deze uit de (collectieve) rioolheffing genomen en wordt deze apart opgelegd aan de eigenaar van het aan te sluiten pand.
Rioolaansluitrecht | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
7.2 | Riolering | 105 | 6 | 17 | 128 | 128 | 128 | |
Totaal | 105 | 6 | 17 | 128 | 128 | - | 128 | |
% Kostendekking | 100,0% |
Leges en rechten
De mogelijkheid tot het heffen van leges is geregeld in artikel 229, lid 1, b van de Gemeentewet. De gemeente levert op aanvraag van individuele inwoners verschillende diensten. Door het heffen van leges betaalt de burger die de dienst afneemt, voor deze diensten. Voorbeelden zijn het verstrekken van een paspoort of het verlenen van een vergunning. De heffingsmaatstaf is steeds verschillend en wordt vermeld in de tarieventabel die hoort bij de legesverordening.
Kostendekkendheid
De leges zijn in de tarieventabel van de legesverordening ingedeeld in drie hoofdstukken:
hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening;
hoofdstuk 2 Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet;
hoofdstuk 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn.
Begin 2025 heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de kostendekkendheid van de leges in hoofdstuk 2. Uit het onderzoek is geconcludeerd dat de toerekening van de kosten correct gebeurt.
Op grond van artikel 229b van de Gemeentewet mag de Legesverordening als geheel maximaal kostendekkend zijn. Niet elk product zal afzonderlijk op kostendekkendheid worden beoordeeld, omdat dit onredelijk veel administratieve inspanning zou vergen. De kostendekkendheid wordt beoordeeld per samenhangende groep van diensten (een hoofdstuk in de verordening). Dit betekent dat, binnen één hoofdstuk, een laag tarief op de ene dienst mag worden goedgemaakt door een hoog tarief op een andere dienst. Daarnaast kan bij de tariefstelling uitdrukking worden gegeven aan het profijtbeginsel: wie voordeel geniet, betaalt.
Voor een aantal tarieven binnen hoofdstuk 1 geldt dat deze door het Rijk zijn gemaximeerd: paspoorten, rijbewijzen, kansspelen en wet bescherming persoonsgegevens.
Leges | lasten taakveld | overhead | BTW | totale lasten | heffing | overige baten | totale baten | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening | ||||||||
0.2 | Burgerzaken | 1.296 | 1.135 | 11 | 2.442 | 2.538 | -1.117 | 1.421 |
Totaal | 1.296 | 1.135 | 11 | 2.442 | 2.538 | -1.117 | 1.421 | |
% Kostendekking | 58,2% | |||||||
Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning | ||||||||
8.3 | Wonen en bouwen | 1.914 | 1.302 | 26 | 3.242 | 2.522 | 36 | 2.558 |
Totaal | 1.914 | 1.302 | 26 | 3.242 | 2.522 | 36 | 2.558 | |
% Kostendekking | 78,9% | |||||||
Hoofdstuk 3 Dienstverlening Europese dienstenrichtlijn | ||||||||
1.2 | Openbare orde en veiligheid | 706 | 594 | 1.300 | 86 | 86 | ||
Totaal | 706 | 594 | - | 1.300 | 86 | - | 86 | |
% Kostendekking | 6,6% |